Meteen naar de inhoud

De invloed van corona op mijn werk..

En dan is het zondag 15 maart en hoor je dat de scholen en kinderopvang dicht gaan. Het nieuwsbericht is helder en duidelijk, tot 6 april geen opvang tenzij je ouders een vitaal beroep hebben. Veel van mijn vriendinnen werkten al twee weken thuis en ik kreeg al vaker de vraag of dat ook voor mij gold maar dat was voor 15 maart in mijn hoofd nog niet aan de orde. Ik moet toch echt naar de kinderopvang of ouders toe om mijn werk te kunnen doen. Op het moment dat het nieuwsbericht kwam ging er dan ook van alles door mijn hoofd. Hoe gaan ouders de opvang van hun kinderen regelen? Wat vraagt dit van de kinderopvang organisaties? Hoe zorgen we ervoor dat de zorg die je samen met ouders en leidsters hebt ingezet door gaat? Wat betekent dit voor ouders, voor kinderen, voor professionals, voor mij? 

Op maandag 16 maart heb ik dan ook direct contact met mijn collega’s van het Expertisecentrum Jonge Kind over de sluiting. Wat gaan we nu oppakken, wat moet er uitgezet worden, wie moeten we bellen? Na ons overleg bel ik ‘mijn’ kinderopvangorganisaties. Er zullen vragen liggen, er zullen afspraken verschoven moeten worden en een luisterend oor bieden kan ook helpend zijn. Van een van mijn locaties hoor ik dat ze druk bezig geweest met het inventariseren om hoeveel kinderen het gaat die opgevangen moeten worden. Maandags draaien ze nog met groepen voor 0 tot 2 jarigen en 2 tot 4 jarigen, maar de planning is om het vanaf dinsdag samen te voegen. Hierdoor kunnen minder leidsters samenwerken en kan er beter voldaan worden aan bijvoorbeeld het vier ogen principe mochten er veel collega’s uit vallen vanwege ziekte. Op een van mijn andere locaties waar VVE gegeven wordt, wordt er druk nagedacht over hoe ouders thuis te ondersteunen met een vorm van aanbod. Om de structuur en het ritme er toch zoveel mogelijk in te houden. Van alle kanten zie ik bevlogen mensen die er van alles aan doen om er voor te zorgen dat hun kinderdagverblijf draaiend kan blijven en vanuit de peuterspeelscholen dat ouders een aanbod voor thuis hebben. Er wordt goed nagedacht over wat hun peuters en ouders nodig hebben, aan welk thema ze werken en hoe hierbij aangesloten kan worden om toch de ontwikkeling te blijven stimuleren. Er worden tasjes met inhoud voorbereid, prentenboeken meegegeven, spelmateriaal uitgedeeld, themabrieven opgesteld en tips gedeeld.

Met daarnaast ook het besef dat het van ouders ook heel wat vraagt. Naast het feit dat je kind(eren) opeens fulltime thuis zijn en je door de maatregelen geen kant op kunt, werken ook veel ouders thuis door. Dus wordt er eigenlijk van twee kanten aan je getrokken, je moet je werk doen, maar heb ook de zorg voor je eigen kinderen die doorloopt. Die worsteling is er ook voor de pedagogisch medewerkers, je wilt graag dingen aanreiken en meedenken, maar ouders en kinderen ook niet overvragen.

Terwijl ik dit type, schiet er door mijn hoofd dat deze worsteling ook voor mij geldt. Ik probeer nauw betrokken te zijn bij de pedagogisch medewerkers, ouders en hun kinderen. Maar ik merk in deze tijd dat dat lastig is. Ik werk geheel vanuit huis en ben toch zoekende in wat ik nu kan bijdragen in tijden als deze. Ik ben langzaamaan een modus aan het vinden en richt mij vooral op het ondersteunen van de intern begeleiders, pedagogisch coaches en pedagogisch medewerkers. Ondertussen onderhoud ik contacten met leidinggevenden van de kinderopvangorganisaties; loopt het allemaal nog, hoe gaat het met jullie ouders en hun kinderen en hoe is het met jullie zelf? Voor de casuïstiek die loopt probeer ik contacten met ouders te onderhouden. Ik bel om te vragen hoe het gaat, probeer mee te denken waar er vragen liggen en onderhoud het contact. Veel fysieke afspraken zoals observaties zijn allemaal afgezegd en zullen na het openen van de locaties weer ingepland moeten worden. Aan de andere kant merk ik ook dat deze situatie maakt dat je vindingrijk wordt, zo gaan we volgende week een gesprek met ouders, de pedagogisch coach en pedagogisch medewerker door laten gaan via videobellen. Hier krijg ik de laatste weken sowieso al meer handigheid mee, omdat we het in ons team ook voortdurend inzetten. Ondanks dat je niet letterlijk bij elkaar bent, is het toch erg fijn dat je elkaar kunt zien en lopen zaken wel gewoon door. 

In deze tijd van crisis vraagt het veel aan flexibiliteit, schakelen, innovatie en geduld. Dat geldt voor mij, voor professionals, voor ouders, maar ook voor kinderen. Ik merk dat ik zelf de lat ook niet te hoog moet leggen, de rust bewaren en kijken wat op een dag haalbaar is, is veel belangrijker dan mijn gevoel dat ik van 08.00 tot 17.00 achter de laptop en telefoon moet zitten. Op de site van het Expertisecentrum Jonge Kind hebben we geprobeerd om wat interessante links te bundelen, om ouders te ondersteunen die zoekende zijn in wat thuis te doen. Waarbij we ook zeker niet de illusie moeten hebben dat de baby’s, dreumesen en peuters 24/7 vermaakt moeten worden of wat aangereikt moeten krijgen. Een zo vast mogelijk ritme, met slaapjes, voedingsmomenten, gezamenlijke momenten en vrije speelmomenten kan hier mogelijk bij helpen.